Maandag 20 januari 2025
Thema: Mij zal niets ontbreken
Lied: Psalm 62: 1, 6, 5
Lezing: Lucas 12: 13-25
13Iemand uit de menigte zei tegen Hem: ‘Meester, zeg tegen mijn broer dat hij de erfenis met mij moet delen!’ 14Maar Jezus antwoordde: ‘Wie heeft Mij als rechter of bemiddelaar over jullie aangesteld?’ 15Hij zei tegen hen: ‘Pas op, hoed je voor iedere vorm van hebzucht. Want ook al heeft een mens nog zoveel, zijn leven bezit hij niet.’ 16En Hij vertelde hun de volgende gelijkenis: ‘Het landgoed van een rijke man had veel opgebracht, 17en daarom vroeg hij zich af: Wat moet ik doen? Ik heb geen ruimte om mijn voorraden op te slaan. 18Toen zei hij bij zichzelf: Wat ik zal doen is dit: ik breek mijn schuren af en bouw grotere, waar ik al mijn graan en goederen kan opslaan, 19en dan zal ik tegen mezelf zeggen: Je hebt veel goederen in voorraad, genoeg voor vele jaren! Neem rust, eet, drink en vermaak je. 20Maar God zei tegen hem: “Dwaas, nog deze nacht zal je leven van je worden teruggevorderd. Voor wie zijn dan de schatten die je hebt opgeslagen?” 21Zo vergaat het iemand die schatten verzamelt voor zichzelf, maar niet rijk is bij God.’
22Hij zei tegen zijn leerlingen: ‘Daarom zeg Ik jullie: maak je geen zorgen over je leven, over wat je zult eten of drinken, noch over je lichaam, over wat je zult aantrekken. 23Want het leven is meer dan voedsel en het lichaam meer dan kleding. 24Kijk naar de raven: ze zaaien niet en oogsten niet, ze hebben geen voorraadkamer en geen schuur, het is God die ze voedt. Hoeveel meer zijn jullie niet waard dan de
vogels! 25Wie van jullie kan door zich zorgen te maken één dag aan zijn levensduur toevoegen?
Overdenking
De komende weekopeningen zal ik stilstaan bij de verzen van Psalm 23. Een heel bekende Psalm, waar we dus een aantal keren bij één van de verzen zullen stilstaan. “De Heer is mijn herder, ‘k heb al wat mij lust”. Dat zijn de woorden van het bekende lied. In de Bijbel lezen we: “Het ontbreekt mij aan niets”. Bij het horen van deze woorden moet ik denken aan de kerkelijke gemeente waar ik ook werk. Daar is vorige week de Postcodekanjer van de Postcodeloterij gevallen. Een aantal gezinnen zijn van het ene op het andere moment miljonair geworden en heel veel gezinnen zullen nog een royale geldprijs winnen. Ik heb de uitzending bekeken en wat uiteraard opviel was de overrompeling. Een van de winnaars reageerde: “Ik We wilden dit jaar een nieuwe voordeur kopen, verder weet ik het nog niet wat ik wil doen.” Zo’n prijs, het overkomt je. En tegelijkertijd denk ik dat deze mensen niet minder gelukkig waren zonder die prijs. Geld maakt niet gelukkig, ‘maar het is wel handig als je het hebt” zo wordt dat gezegd.
Tevredenheid staat tegenover ontevredenheid, soms zelfs tegenover hebzucht. Net zoals de man die bij Jezus komt. Deze man voelt zich benadeeld in een erfeniskwestie. Als er iets is waar gedoe over kan komen…Jezus weigert om zich ermee bezig te houden, Jezus is wel een leraar, maar geen wetgeleerde. Maar Jezus doet wel wat anders: Hij legt de vinger op de zere plek: Hebzucht.
Hebzucht kan het leven beheersen. En dan is het niet alleen de drang naar meer-meer, maar soms ook naar dat ene. Het moet groter zijn, mooier zijn, sneller zijn. En eindelijk is het daar, die nieuwe auto dat nieuw huis of wat dan ook maar. En na een tijdje verliest het zijn glans, of is er weer een mooier model op de markt gekomen. Hebzucht kan een soort gevangenis zijn, een situatie waar je niet uitkomt, omdat het altijd weer de kop op steekt, omdat de wens naar mooier en sneller weer terugkomt, als het inmiddels verouderde model niet meer aanstaat.
Bij David is de ontevredenheid niet aan de orde; Hij vertelt in Psalm 23 zijn geheim: “De Heer is mijn herder, mij zal niets ontbreken”. God kennen, is meer waard dan wat ik hier op aarde niet heb, aldus David. David geeft een les in tevredenheid.
Tevredenheid, gaat dat samen met het hangen aan geld of goederen? Wat zegt de Bijbel erover? Alles wat je bezit is niet van jezelf. Er wordt ook wel eens gezegd: “Je kunt niet meenemen in het graf”. Je kunt het ook nog anders zeggen: Jij bent je spullen niet. Wie je bent, heeft niets te maken met wat je bezit. En dat zegt Jezus ook tegen deze man: “‘Pas op, hoed je voor iedere vorm van hebzucht. Want ook al heeft een mens nog zoveel, zijn leven bezit hij niet.’. Jezus illustreert deze uitspraak met een verhaal over een landbouwer, die een heel goede oogst heeft gehad, misschien wel al heel veel goede jaren met goede oogsten. In elk geval: Een landbouwer die het voor de wind gaat. Zo groot, dat hij niet genoeg opslagruimte
heeft. Hij bedenkt een oplossing: Hij zal de kleine schuren afbreken, en er veel grotere voor in de plaats zetten. In die grote opslag kan hij alle oogst opslaan, maar ook alles wat hij kan kopen van zijn winst. Zijn grotere schuren zijn garantie voor een onbezorgde toekomst: Rusten, eten, drinken en jezelf vermaken. Het klinkt oppervlakkig. En als deze man plotseling zou overlijden, wat heeft hij dan nog aan al zijn rijkdommen?
Hierbij zouden we onszelf de vraag kunnen stellen: Wat laten wij na? Als wij op een dag zullen sterven, wat laten wij dan na aan onze nabestaanden? Sieraden, geld, schilderijen…of herinneringen aan de manier waarop we in het leven stonden. Liefde, zorgzaamheid, aandacht voor de ander…
Als mens kunnen we ons trouwens heel rijk voelen! En dat zit ‘m niet in het bezit, maar dat zit in het gevoel van dankbaarheid, geluk.
Hoe kijkt God naar ons? God kijkt naar wie we zijn en niet naar wat we hebben. Rijk zijn (of: zich verrijken) in God’ wil zeggen: ‘rijk zijn in de ogen van God’ of ‘zich verrijken met dingen waar God een welgevallen aan heeft’. Paulus heeft het in één van zijn brieven ook over tevredenheid. Hij zegt het als volgt: “Ik heb geleerd onder alle omstandigheden tevreden te zijn met wat ik heb, of het nu veel of weinig is. Ik ben met allerlei omstandigheden vertrouwd, zowel met verzadigd zijn als met honger lijden en zowel met meer dan voldoende te hebben als gebrek lijden”.
In de gelijkenis leert Jezus over bezorgdheid. Hij laat de discipelen zien, dat je alles in handen van God mag leggen en je niet in beslag moet laten nemen door de zorg om aardse goederen of het vergaren van materiële rijkdom. Hij wijst op de landbouwer die nergens rekening mee hield. Bezorgdheid, tobben over het leven, we hoeven het niet alleen te doen. Ik denk dat er bij velen van u wel situaties zijn geweest, waarin je je afvroeg hoe je de eindjes aan elkaar moest knopen. En dat je je daar over zorgen maakt, dat is niet wat Jezus hier bedoelt. Jezus bedoelt, dat wij die zorgen de prioriteit geven. Dat we in die zorgen alleen maar met onszelf bezig zijn en God buitenspel zetten. We mogen onze zorgen in de handen van God leggen. Het leven is meer dan voedsel en kleding. Er zijn meer dingen die belangrijk zijn.
God schenkt ons iedere dag weer opnieuw genade, liefde, vergeving, goedheid, blijdschap…we hoeven onze handen maar te openen of te vouwen. Het ontbreekt mij aan niets. AMEN
Lied: Grijp toch uw kansen Joh. de Heer 166
Gebed:
Trouwe God, we danken U voor alles wat U ons geeft. Alles waarvoor we dankbaar zijn, alles wat ons tevredenheid geeft. We danken U dat we in een land leven, waar goede zorg is, waar zoveel te eten en te drinken is, dat we kunnen kiezen en nooit te weinig hebben. We bidden U voor mensen, gezinnen die de eindjes maar nauwelijks of misschien niet aan elkaar kunnen knopen, die afhankelijk zijn van voedselbanken of andere hulp.
We bidden U of U ons wilt vergeven als we ontevreden zijn, als we vooral dingen zien die niet goed gaan in plaats van de dingen die goed gaan. Vergeef ons als we afgunstig zijn en kijken naar anderen die het beter lijken te hebben dan wij.
U kijkt naar wie we zijn en wat we doen in plaats van wat we hebben. Vul ons met Uw liefde, zodat we dat kunnen uitdelen. Vul ons met Uw Heilige Geest, zodat de vruchten van Uw Geest in ons kunnen groeien en we daarvan kunnen delen naar de mensen om ons heen. Liefde, geduld, blijdschap, vriendelijkheid, vrede, goedheid, zachtmoedigheid, geloof en zelfbeheersing. Dat is voor U van waarde.
Wilt U deze week met ons meegaan. Met alles wat ons bezighoudt, onze zorgen, verdriet, maar ook in blijdschap en dankbaarheid. Dat bidden we U in Jezus’ Naam. AMEN