Weekopening Westerkim

Maandag 6 november 2023

De hemel dichterbij – serie over de komende heerlijkheid (1) Onderweg – wat wordt onze bestemming? Over hemel en hel

1e lied: O lieve Heer, geef vrede – Gezang 284 (LvdK) – i.v.m. aanvallen op Israël; oorlog in Oekraïne

 

Bijbel: Psalm 49: 7-12 (NBV21; v. 12: HSV)

6 Waarom zou ik vrezen in slechte tijden, als ik door uitbuiters word omringd,

7 die vertrouwen op hun vermogen en pronken met hun rijkdom?

8 Geen mens kan een ander vrijkopen, wat God vraagt voor een leven, is niet te betalen.

9 De prijs van het leven is te hoog, in eeuwigheid niet op te brengen.

10 Onmogelijk dat iemand voor altijd zou leven, de kuil van het graf nooit zou zien. 11 Dit zien we: wijze mensen sterven, maar ook dommen en dwazen vergaan en laten hun vermogen achter.

12 Hun diepste gedachte is, dat hun huizen eeuwig zullen bestaan, hun woningen van geslacht tot geslacht; zij hebben veel land op hun naam staan.

Matteüs 13: 40-43 (NBV21) 40 Zoals het onkruid bijeengebracht wordt en in het vuur verbrand, zo zal het gaan bij de voltooiing van deze wereld: 41 de Mensenzoon zal zijn engelen eropuit sturen, en ze zullen uit zijn koninkrijk al wat ten val brengt en al wie onrecht pleegt bijeenbrengen 42 en in de vuuroven werpen; daar zullen ze jammeren en knarsetanden. 43 Dan zullen de rechtvaardigen in het koninkrijk van hun Vader stralen als de zon. Laat wie oren heeft goed luisteren!

Overdenking: Onderweg – wat wordt onze bestemming? Over hemel en hel

Een paar week geleden kreeg ik een artikel van een bezoeker van de weekopening . Het was een interview in Trouw (14 september) met prof. Arnold Huijgen, docent aan de Protestantse Theologische Universiteit. De titel ervan prikkelde: De hel moet terug in de kerk. In dat interview zegt hij waarom. Deze maand komt er een boek over uit van hem. >> Over de hemel praten we liever dan over de hel. Dat laatste is een lastig thema. Zeker bij een weekopening. Ik besef het.

Ook Huijgen vindt het ongemakkelijk: “De kerkgang daalt. Je bent al blij met de mensen die er zitten. Bemoedig ze en breng ze het goede nieuws van het evangelie; je wilt mensen niet lastigvallen met de hel.”

Maar waarom moet dat dan wél? Huijgen ziet bij katholieken en protestanten een andere blik op God komen: vàn een God die straft náár een God van liefde. Dat eerste – God die straft – is voor veel mensen een ver-van-mijn-bedshow. Dat tweede – God die liefde is- ja, wie wil dat niet horen? Nu is er niets mis met dat tweede: een God van liefde. Dat is Hij ook! Maar dat roept vragen op: als God van mensen houdt, kan het kwaad dan ongestraft blijven? Denk aan misdadigers en terroristen, aan staten, presidenten en generaals die hun volken in een oorlog slepen. Onrecht en moorden kunnen niet ongestraft blijven. Ook niet na wat er gebeurde in WO 2, Oekraïne, of Israël na de aanslagen van Hamas. De God van liefde kan ook straffen! Nee, niet altijd direct. Maar in de geloofsbelijdenis belijden we, dat God zal terugkomen “om te oordelen de levenden en de doden.” Huijgen zegt: “Het kwaad moet toch ergens blijven; daar is de hel een plek voor”.

In het Nieuwe Testament spreekt Jezus daar zelf ook over. O.a. in Mattëus 13:41-42: ‘Allen die onrecht plegen komen in de vuuroven en zullen jammeren en knarsetanden’. Indringend, zeker. Toch klinkt er ook goed nieuws: ‘de rechtvaardigen – die in de wereld soms om hun geloof vervolgd of gedood worden – zullen stralen als de zon’. Ik moest hieraan denken, nu ik een serie ga maken onder de titel De hemel dichterbij.

Zo heet ook een boekje van ds. Paul Visser, dat ik hierbij gebruik. De serie zal gaan over vragen als: wat gebeurt er rond en na mijn sterven? Wat mag ik verwachten? Hoe ziet de hemel eruit? En wat is de hel? Is er herkenning in de hemel? Enz.

U en ik, we zijn allemaal onderweg, op weg naar het eeuwig huis. Dat belooft God aan zijn kinderen. Elke dag is weer een stapje dichterbij. Zelfs als we oud(er) geworden zijn, houden we de gedachte aan die laatste verhuizing nog bij ons vandaan. Niets is zo zéker als dat we eens sterven, maar niets is ook zo móeilijk om onder ogen te zien. Psalm 49 verwoordt treffend hoe mensen er vaak over denken: ‘Hun diepste gedachte is dat hun huizen eeuwig zijn’ (Psalm 49: 12 HSV). Ook een christen kan zo denken.

Soms zegt iemand mij: ‘Ik was liever in ons oude huis blijven wonen.’ Dat snap ik goed. Tegelijk beseft iedereen dat we hier niet altijd kunnen blijven. Geen mens ontkomt er aan: ‘Onmogelijk dat iemand voor altijd zou leven’ (v. 10). Vermogen of rijkdom helpen ons niet; de prijs is te hoog, niet op te brengen (v. 6-9).

Gelukkig mogen en kunnen wij verder kijken dan de schrijver van de Psalm. Wij weten van de komst van de Here Jezus. Hij kwam om ons los te kopen van de dood. Zijn leven is het kostbaarste geschenk dat ons bij leven, maar ook bij sterven hoop geeft. Wie in Hem gelooft, gaat niet verloren, maar mag eens eeuwig leven! (Joh. 3:16) In de hemel, na ons sterven, maar eens ook op de nieuwe aarde, in een nieuw lichaam. In Mattëus 13 spreekt Jezus in gelijkenissen over Gods koninkrijk. Een ervan ging over een goed mens die zaad op zijn akker zaaide (v. 24-30). Er was ook een vijand die daarop onkruid zaaide. Toen gewas en onkruid opkwamen, moesten beide samen opgroeien. Pas bij de oogst werd het onkruid gescheiden en verbrand. Als de leerlingen Hem om uitleg vragen, laat Jezus zien, dat God eens oordelen zal. Wie het kwade deden, krijgen hun verdiende straf; en wie het goede deden, zullen blij en dankbaar zijn. Jezus voegt eraan toe: ‘Laat wie oren heeft, goed luisteren’ (v. 43). Het komt erop aan hóe je leeft: doe ‘t goede! D.w.z. heb God lief boven alles en je naaste lief als jezelf. Het tweede wil iedereen, maar het eerste vergeten velen: God liefhebben.

Uitgerekend Jezus sprak vaak over hemel én hel. Daarom was Hij nog niet liefdeloos. Er gaat juist een dringend appel vanuit: blijf niet aan kant staan, wees niet onverschillig. God wil je het léven geven, en niet de dood; zijn líefde, en niet straf.

Nee, Jezus is niet wreed of harteloos. Eerder het omgekeerde! Omdat Hij ons meer liefheeft dan wie ook, was Hij er eerlijker over dan wie ook maar. Met ds. Visser: “Welke ouder bewijst méér liefde: één die een kind waarschuwt voor gevaar of één die dat nalaat en het stilzwijgend laat verongelukken?” Vergeet niet: Jezus kwam om verloren mensen te redden van de ondergang. Hij stierf ervoor en kwam zelfs in de hel terecht: ver bij God vandaan.

Juist daarom wil Hij ons redden van wat ons leven tot een hel kan maken of afschrikt: verval van krachten, dood, zonde. Hij belooft heerlijkheid aan ieder die in Hem gelooft.

De vraag is: wil je de hemel en dicht bij God zijn? Of: wil je de hel en ver bij Hem vandaan? Ik kies het eerste. Nee, niet uit angst voor de hel. Maar ik ben onder de indruk van de diepe liefde van Jezus. Hij weet dat wij een hemel nodig hebben! En wat voor vragen ik ook heb en wat de toekomst ook mag brengen, ik weet Wie mij geleidt naar de eindbestemming: Hij die mij liefheeft!

Amen

 

2e lied: Wat de toekomst brengen moge – Gezang 293 (LvdK)

 

 

Gebed* *Mee ontleend aan het boekje van ds. Paul Visser.

Goede God van liefde en genade,

U bent de Eerste en de Laatste, de Enige en de Eeuwige. Dank U voor Jezus die ons loskoopt van de dood. Wij kunnen U er nooit geld of goud voor betalen. Het hoeft ook niet, want uw Zoon heeft alles, álles voldaan. Help door uw Geest ons aan U toe te vertrouwen en dat we ernst maken met onze toekomst, zodat die ons geen angst geeft, maar hoop. Eens zult U als Rechter komen en spreken. Wij pleiten op onze Advocaat, Jezus.

Tegelijk vragen we: maak ons bereid om wat U zegt over hemel en hel ter harte te nemen. Christus, U zij de eer, dat U niet alleen óver de hel sprak, maar ook zelf erin àfdaalde,

om ons ervan te redden en ons eeuwige luister/heerlijkheid te geven. Bemoedig ons daarmee, ook als we vragen hebben over wie er dan wel of niet bij zijn. Dat is aan U en uw rechtvaardig oordeel! Wijs ons ondertussen uw weg en leid ons aan uw hand. Wees bij ons in verdriet en vertwijfeling, in eenzaamheid en neerslachtigheid. En geef ons ook iets van uw vreugde in het hart, dat ons en anderen goed doet. Amen

 

Hartelijke groet van Klaas van Hoek, geestelijk verzorger De Westerkim